Van de week stond er ‘savonds voor ons huis een auto met de achterklep wagenwijd open. We dachten dat hij van de buren was maar wisten het niet zeker. Ze deden niet open en reageerden niet op berichtjes dus we wisten niet zo goed wat we er mee moesten. En het was al laat.
Een half uur later ging de bel: politie.
Dat ze gebeld waren over die auto met de achterklep en of we wisten van wie die is. Enfin, wij wisten het niet, zij wisten het niet. De achterklep ging gewoon dicht en klaar. Een beetje zonde van hun tijd wel, dacht ik bij mezelf. Maar ook een veilig idee dat mensen zo oplettend zijn.
Later die week kwam ik terug bij onze auto, ergens in de stad op een parkeerplaats, en zag ik iemand tussen de auto’s rondhangen.
Iets deed me opletten. Ik weet niet wat. Een mens heeft eigenlijk best een sterke intuïtie, denk ik, voor dat soort dingen. Er klopte iets niet. De blik in de ogen. De lichaamshouding. Beetje rondhangen tussen twee auto’s. Semi-nonchalant. Beetje in die auto’s naar binnen kijken.
Ik hield de persoon in de gaten terwijl ik naar mijn auto liep en toen ik in mijn auto zat. Het was superdruk en overal liepen mensen af en aan. Maar niemand bleef hangen bij zijn auto. Etenstijd he. Iedereen gaat snel nog even iets halen voor het eten of een boodschap doen. Maar niemand blijft bij zijn auto rondhangen. Ik weet niet. Ik had er een slecht gevoel over. Het leek me haast onvoorstelbaar dat iemand in die drukte zou overwegen om in te breken. Of…?
Ik heb toch de politie gebeld. En die verbond me door naar 112. En weer dacht ik: had ik het wel moeten doen? Is het niet zonde van hun tijd? En wat als die persoon een beetje aan het rondneuzen was gewoon? Of stond te wachten op iemand? Of zijn sleutels kwijt was?
Ik zei tegen de mevrouw van 112 dat ik me kon vergissen. En dat het me sterk leek, eigenlijk, zo’n drukke parkeerplaats, dat zou wel heel brutaal zijn. Maar ze zei: er gebeuren gekkere dingen, mevrouw.
Zij kan het weten.
Ze gingen er meteen op af. Ik weet niet hoe het afgelopen is.
Ik voelde me er raar over. Boos. Schuldig. Boos. Schuldig.
Ik hoop maar dat ik me vergist heb. En ook toch ook dat ik me niet vergist heb.
Heb je wel het recht om zoiets te doen? Wat als iedereen dat doet bij alles? Ingegeven door de eigen emoties en ‘intuïtie’? Rare wereld wordt het dan.
Ik zat gisteren die documentaire te kijken over dat jongetje dat alleen rauw voedsel at en een groeiachterstand kreeg. “Rauwer”, heette de film. Over een moeder die door de kinderbescherming het vuur na aan de schenen werd gelegd vanwege haar levenswijze en haar geloof. Haar zoontje wordt zelfs onder toezicht gesteld. Niemand had slechte bedoelingen, leek het. Maar wanneer mag de overheid zich met zo’n gezin bemoeien? Was het nodig? Ik heb het antwoord niet, want ik werd heen en weer geslingerd door voor en tegen.
Ik hoorde laatst van kennissen van kennissen die door de arts aan waren gegeven bij de kinderbescherming en waar een onderzoek naar kwam. De kennissen vonden het natuurlijk belachelijk. Maar ik dacht bij mezelf: ik weet het niet, hoor. De arts doet dat niet zo maar. En de Kinderbescherming ook niet. Lijkt me? Is het niet beter to err on the side of caution, als het om kinderen gaat?
Lastig, hoor. Als iemand rond mijn auto had rondgehangen, had ik het fijn gevonden dat iemand de politie belde. En als ik rond een auto had gehangen en de politie kwam checken of er iets aan de hand was en ik kwaad in de zin had, had ik dat ook prima gevonden. En qua kinderen, tsja. Ik heb net het nare boek van J.K. Rowling uitgelezen, The casual vacancy, en daar wordt een mens niet blij van. Het gaat over de onderkant van de maatschappij, de slachtoffers daarvan (kinderen) maar stiekem ook over hoe de ‘bovenkant’ net zo goed de onderkant in zich heeft. En hoe mensen hun handen van de problemen van anderen aftrekken.
Bemoeizucht? Of betrokkenheid? Goed? Slecht? Ik weet het niet zo goed.
- 50 worden: het alternatief is minder - 11 augustus 2024
- Vakantie - 1 augustus 2024
- Achieve more - 25 mei 2024
Charlotte Meindersma zegt
Ik heb begrepen dat de politie het juist heel fijn vindt dat mensen bellen. Dat we eigenlijk best sneller 112 mogen bellen. Als die man aan het inbreken is terwijl ze aankomen, dan kunnen ze hem op heterdaad pakken, terwijl het veel lastiger is om hem te vinden als hij de benen al heeft genomen.
Met Rauw en Rauwer en dat soort situaties zit ik ook altijd in mijn maag.
Het is goed om ons zorgen te maken om kinderen, maar we moeten ook weer voorkomen dat we door alle instanties en eventuele uit huis plaatsingen etc. het niet nog erger maken. Zo was er ook eens een moeder, gescheiden, die probeerde te voorkomen dat haar kind zijn vader nog zou zien. Ze verzon er allemaal verhalen bij en terroriseerde de boel. Dat werd zo erg dat op een gegeven moment de politie er maar bij moest komen om dat kind naar een plek te brengen waar hij ook zijn vader kon zien. Vervolgens ging die moeder schreeuwen en slaan, dat kind zelfs half mishandelen en werd ze boos op alle instanties omdat nu het kind ook niet meer bij haar woonde. Tsja, daar had ze het toch echt zelf naar gemaakt, meen ik (al lijken veel moeders daar dan anders over te denken). Maar ja, je weet het allemaal nooit zeker en nooit precies he, dat is het probleem.
Elja Daae zegt
Ja het is zo lastig om in andermans schoenen te gaan staan. Maar je moet je eigen intuitie volgen denk ik en je eigen waarden vertrouwen. Zonder al te veel te oordelen over anderen. Lastig wel.
Peter Pellenaars zegt
Ja, ik snap dat je daar mee worstelt. Het is erg moeilijk om een inschatting te kunnen maken (voordat sommige daden uitgevoerd zijn of het effect van een daad duidelijk is geworden) van de intentie van een ander. Zoals je zegt was het een mogelijke auto-inbreker of iemand die slechts op zoek was naar een verloren voorwerp. Voorkomen is beter dan genezen, zou je kunnen zeggen. Maar wat betekent het voor die ander wanneer hij/zij aangesproken wordt door de politie en er was inderdaad niets aan de hand. Sommigen vinden het misschien niet erg omdat ze het ook fijn vinden dat we een beetje op elkaar (s spullen) letten. Een ander raakt misschien verontwaardigd omdat ze zich gecontroleerd voelen en niet eens onschuldig op een parkeerplaats kunnen rondlopen.
En zo’n dilemma speelt zich vanzelfsprekend altijd en overal af. Moeilijk moeilijk moeilijk. Waarvoor geen eenduidige oplossing is. Gewoon blijven handelen vanuit je eigen gevoel en leren van elke nieuw situatie.
PS: Die nieuwe documentaire van Sunny Bergman (die ik trouwens zelf nog niet heb gezien) schijnt ook wat mooie voorbeelden te hebben van hoe de omstandigheden met onze vooroordelen aan de haal gaan vwb de inschatting van wat er aan de hand is.